Borstvoeding is het geven van moedermelk door de baby aan de borst te leggen. De moedermelk wordt aangemaakt in de melkklieren in de borsten dat de baby binnen krijgt via de tepel. De moedermelk bevat vrijwel alle benodigde voedingsstoffen en werkt bovendien beschermend tegen ziektes en infecties.
Borstvoeding geven aan je kindje
Het eerste moment van het geven van borstvoeding start vlak na de bevalling, waarbij er direct colostrum (de eerste moedermelk) uit de borsten komt. Deze eerste moedermelk zit vol met antistoffen en is licht verteerbaar. Daarnaast komt bij het direct geven van borstvoeding het hormoon oxytocine vrij dat ervoor zorgt dat het samentrekken van de baarmoeder wordt gestimuleerd. Hierdoor komt de placenta sneller los en wordt het bloedverlies beperkt. Wanneer de baby de borst los laat wil dit zeggen dat de borst leeg is en kan de andere borst aangeboden worden om te kijken of de baby meer moedermelk wilt.
Bij het geven van één borst per keer is het aan te raden om gedurende de gehele borstvoedingsperiode de borst af te wisselen. Op die manier wordt de moedermelkproductie in beide borsten gestimuleerd. Bij het regelmatig geven van borstvoeding blijft de melkproductie op gang. Hierbij kunnen de borsten op bepaalde momenten wel eens melk verliezen. Door de ronde vochtabsorberende HeltiQ Zoogkompressen in de BH te plaatsen wordt de moedermelk opgevangen en blijft je BH droog.
Krijgt mijn kindje voldoende moedermelk binnen?
Wanneer de baby tussen de 100 en 200 gram per week groeit, betekent dit dat de baby voldoende borstvoeding binnenkrijgt. Na ongeveer 14 dagen is de baby weer terug op het geboortegewicht. Een baby mag maximaal 10% van het geboortegewicht afvallen.
Wat is stuwing?
Stuwing komt voor wanneer de borsten meer melk produceren dan de baby drinkt of dat er gekolfd wordt, waardoor de melkproductie niet in evenwicht is. Hierdoor raken de borsten opgezet, voelen ze zwaar aan, zijn de borstaders duidelijk zichtbaar, zijn ze pijnlijk en gevoelig en blijven ze zelfs vlak na het voeden vol aanvoelen. Veelal gaat dit alles gepaard met een verhoogde temperatuur of hoofdpijn. Verstopte melkkanaaltjes kunnen een gevolg zijn van stuwing wat een borstontsteking kan veroorzaken. Het is daarom belangrijk om de baby zoveel mogelijk aan te leggen om stuwing te voorkomen.
Afkolven en moedermelk bewaren
Met het afkolven of kolven van de melk wordt de moedermelk met een handmatig of elektrisch kolfapparaat uit de borst gehaald. Het afkolven van de moedermelk is handig wanneer het voor de moeder niet mogelijk is om op een bepaald moment borstvoeding te geven. Dit kan zijn wanneer er weer gestart is met werken en de moeder niet bij de baby thuis is, wanneer het borstvoeding geven (nog) niet lukt of wanneer de baby nog in het ziekenhuis ligt.
Door te kolven blijft de borstvoedingsproductie op gang en ontvangt de baby ook melk wanneer de moeder zelf niet in de gelegenheid is om borstvoeding te geven. Afgekolfde moedermelk kan 5 dagen bewaard worden in de koelkast bij een maximale temperatuur van 4 °C. Afgekolfde moedermelk kan ook ingevroren worden. Dit kan het beste binnen 24 uur na het kolven gedaan worden. Ingevroren moedermelk (-18 °C) kan tot zes maanden worden bewaard. Na het ontdooien is de moedermelk nog 24 uur houdbaar.
Borstvoeding afbouwen
Bij de keuze om te stoppen met het geven van borstvoeding zal dit niet gelijk ophouden. De borstvoeding zal geleidelijk aan moeten worden afgebouwd. Op die manier kan de baby langzaam wennen aan ander voedsel en wordt een eventuele borstontsteking of het ontstaan van stuwing voorkomen.
Tips bij het afbouwen van de borstvoeding:
- Sla de voeding over waarbij de baby het minste drinkt;
- Laat één voeding per 7 dagen vervallen;
- Verdeel de overige borstvoedingen regelmatig over de dag door bijvoorbeeld ‘s morgens en ‘s avonds borstvoeding te geven en ‘s middags flesvoeding;
- Kolf de melk af bij last van stuwing;
- Controleer de borsten op harde plekken om een borstontsteking op tijd te voorkomen.
